Geluid en frequentie

kennis over akoestiek

Geluid ontstaat wanneer iets trilt. Deze trilling wordt overgebracht als een geluidsgolf. In een gesloten ruimte komen geluidsgolven obstakels tegen, zoals meubels, mensen, wanden, etc. Een geluidsgolf kan erop weerkaatsen, van richting veranderen of eromheen bewegen.

De lengte van deze geluidsgolf bepaalt de frequentie van het geluid.

Snelle trilling –> kortere golflengte –> hogere frequentie.

Langzame trilling –> langere golflengte –> lagere frequentie.

Spraakgebied

De meeste menselijke spraak vindt plaats bij frequenties tussen 500 – 2000 Hz.

Het gehoorbereik voor mensen ligt tussen de 20 – 20000 Hz.

Gehoorverlies wordt door veel mensen op latere leeftijd ervaren. Hogere frequentie geluiden worden dan moeilijker te horen.

← Naar Akoestiek-bieb